Te veel fabels rondom wet DBA

Volgens Henk van der Schaft van FNV Bouw worden er regelmatig fabels verspreid over de DBA. Sinds dat deze wet begin mei is ingevoerd is er op internet en in de krant veel aandacht voor zzp’ers en schijnzelfstandigheid. Daarbij worden twee zaken helemaal verkeerd opgepakt.

Géén nieuwe criteria voor zzp’ers

Het eerste misverstand is dat er nieuwe criteria voor zzp’ers zouden zijn gekomen. Een zelfstandig ondernemer moet nog steeds aan dezelfde criteria voldoen als daarvoor. Van der Schaft: “Als de Belastingdienst nu vaststelt dat er sprake is van een dienstbetrekking, op basis van al lang bestaande criteria, dan was er voorheen ook sprake van een dienstbetrekking. Alleen kwam de opdrachtgever er onder de oude VAR-regeling (WUO) mee weg, omdat de handhaving voor de loonheffing wettelijk was uitgesloten. De handhaving is met de nieuwe wet weer ingevoerd, maar de criteria zijn niet veranderd.”

Schijnzelfstandigheid

Het tweede fabeltje is volgens Van der Schaft lastiger: “Dat is het idee is dat iedereen die zich zzp’er noemt, dat juridisch en economisch ook is. Dat het tegendeel waar is, blijkt uit de realiteit waaronder zzp’ers vaak werken: bedrijfskleding van de opdrachtgever, voornamelijk werken voor één opdrachtgever, geen zelfstandigheid maar wel de risico’s van het verlies van werk.”

De nieuwe wet is er juist voor bedoeld om deze schijnzelfstandigen aan te pakken. Een zzp’er is een ondernemer, geen uitzendmedewerker. Van der Schaft vindt dat dit verschil tussen uitzendkrachten en zzp’ers weer duidelijk moet worden. “Wellicht kunnen opdrachtgevers die nu fabels verspreiden over de DBA, zich beter achter de oren krabben waarom ze schijnzelfstandigen niet al veel eerder een arbeidsovereenkomst hebben aangeboden. Of hoe ze deze mensen weer conform de - al lang bestaande - criteria als echte zzp’ers kunnen laten werken.”

Bron: Cobouw

Terug naar overzicht