Groeiende economie, is dat goed of slecht?

De berichten zijn de laatste maanden elke keer hetzelfde: de Nederlandse economie blijft groeien. Maar wat betekent dat nou eigenlijk? Is dat goed of slecht?

Vorige week was het weer in het nieuws: het gaat goed met de economie. Consumenten kopen meer spullen, bedrijven produceren meer en er is veel werk. Sterker nog: Er is een record aantal banen in Nederland. Maar liefst 10,2 miljoen mensen zijn aan het werk. Dat klinkt allemaal goed, toch?

Crisis

We herinneren ons allemaal nog de economische crisis vanaf 2008. Deze hield ongeveer aan tot 2011. Daarna ging het langzaam een stukje beter. Vanaf 2015 gaat het steeds harder en sinds vorig jaar groeit de economie weer echt flink.

Politieke onrust

In tijden van crisis zijn veel mensen werkloos en wordt er minder gekocht dan in tijden van economische groei. Dit zorgt ook voor politieke onrust. De laatste kabinetten tijdens de crisis maakten niet de hele periode vol. In goede economische tijden is het in de politiek juist rustiger. Dat is ook logisch. Als het goed gaat met de economie, is er veel geld te verdelen. Er komt meer belastinggeld binnen, dus kan er gekeken worden waar het extra geld heen gaat. Tijdens een crisis wordt er juist bezuinigd. En geld uitgeven is altijd makkelijker dan geld bezuinigen.

Te harde groei

Daarom is het nu prettig dat we weer in een periode van economische groei zitten. Geen vuiltje aan de lucht. Het lijkt er op dat het nu allemaal geweldig gaat. Veel mensen hebben werk, er is veel geld te besteden en ook voor de politiek lijkt (als ze het eens met elkaar blijven) het goed te gaan. Maar schijn bedriegt hier een beetje. Het kan namelijk ook allemaal een beetje te hard gaan. In 2008 ging het bijvoorbeeld ook heel erg goed met Nederland. En toch ging het fout. De crisis kwam toen heel hard aan. Laten we deze tijd daarom nog maar even genieten van de groei.

Terug naar overzicht